liliane_zwWie is Liliane?

Naast vele andere heeft Liliane Senepart (63) een bijzondere passie: beeld en tekst verbinden, onder welke vorm dan ook. Vroeger waren dat tijdschriften, voor een groot publiek, zodat zoveel mogelijk mensen ervan konden genieten. Tegenwoordig tast ze haar grenzen af, om er zoveel mogelijk over te gaan. 

Wat is het verschil eigenlijk?

Ik heb er even over moeten nadenken. ‘Wat is het verschil tussen vroeger en nu?’ vraagt Hélène. ‘Je bent altijd een mooie, sexy, straffe vrouw geweest (hààr woorden!) en dat ben je nog steeds (if you insist). Maar wat is het verschil?’

Behalve een pakketje bourgondische kilo’s en de onvermijdelijke gevolgen van de zwaartekracht, valt het me tegenwoordig qua uiterlijk allemaal nog wel mee. Je groeit mee met jezelf en blijkbaar bewaar ik vrij goed. Bij Delhaize ben ik vorige week nog herkend door een vrouw, die in mijn klas van de lagere school had gezeten en beweerde dat ik geen spat was veranderd. Daar geloof ik dus helemaal niks van. En trouwens, wie wil nu nog lijken op z’n eigen kindversie? Maar ik heb het al zo vaak gehoord, dat er wel iets van aan zal zijn. 

In ieder geval, naast het feit dat er een lichte paniekaanval volgt op een plotselinge confrontatie met mezelf in een winkelruit of een pashokje en ik dolgraag wou dat ik nog steeds dag en nacht op stiletto’s zou kunnen lopen, is er hier aan het uiterlijk front geen geklaag te horen.

It’s this life, stupid

Het grootste verschil, lieve mensen en Hélène, is natuurlijk het leven zelf. Als twintiger was ik écht niet met de toekomst bezig en liep ik met veel branie en lawaai op de Flairredactie rond. (Euh, een groepsverzekering? Waar is dat goed voor? Ja, doe maar, mij kan het niet schelen.) Dol op mijn werk, mijn collega’s en altijd in voor feesten en plezier. Geboren optimist, leven in de dag, een probleem was er om op te lossen. En langzamerhand, zo gaat dat altijd, komen de tikken die blutsen en builen achterlaten, maar ook wijsheid en ervaring opstapelen, zodat je wel verplicht bent om er rekening mee te houden: confrontaties en conflicten, liefdesbreuken en bedrog, afgunst en roddels, een promotie en nog een en nog een, met alle gevolgen van dien.

Blijkbaar vielen mijn talent, perfectionisme en energie op, zodat ik van een zorgeloze journalist, die liever met een fris wijntje op een terras zat zonder stress aan haar lijf, plotsklaps na veertien jaar hoofdredacteur was van Libelle, een megagrote opdracht. Ik was 41 en pas bevallen van mijn eerste (en enige) kind, mijn droomdochter, die mijn leven eindelijk zin zou geven. Na al die hectische jaren zou ik normale uren kunnen werken, niet meer elke dag op de redactie zitten tot de nachtwaker ons buiten gooide. Ik zat, eerlijk gezegd, niet te wachten op die zware job. Maar wat moet, moet en dus: vooruit met de geit. Met zweet en tranen, boksen en tieren, vallen en weer opstaan. Veel lachen en genieten, dat ook. Ik heb dat goed gedaan, al zeg ik het zelf. Ze plukken er nog steeds de vruchten van.

Daar is de deur

In die jarenlange periode werd ik een gepassioneerd bladenmaker, ondanks de wolfijzers en schietgeweren die op mijn weg lagen of er gelegd werden. Ik ben er nog steeds dankbaar om. Er was geen glazen plafond, ik had het geluk met een aantal schitterende vrouwen te kunnen samenwerken, die inmiddels ook allemaal het bedrijf hebben verlaten.

Want na 31 jaar werd ik, in de zoveelste ontslaggolf na de crisis, aan de deur gezet. Ik was 59, te duur zeiden de nieuwe jonge bazen, te oud dachten ze. Ik zat er niet mee, mijn achting en vertrouwen waren al lang met de goeie mensen verdwenen. Maar het probleem was, dat ik deze stap niet zélf had beslist. Tenminste, dat besefte ik pas achteraf.

De tegenwoordige tijd 

Zelfvertrouwen had ik nog genoeg, ervaring met bakken. Mijn energielevel was weliswaar van Duracell naar witte producten gedaald, maar nog altijd +++. Ik werd zelfstandig, kreeg opdrachten uit verschillende hoeken, maakte keuzes. En de laatste bleek uiteindelijk fout. Je bent nooit te oud om te leren hé, voilà. Mijn laatste opdrachtgever kon me niet meer betalen en de trein viel stil. Het was deze stok in mijn wielen die me, voor de eerste keer in mijn leven, een halt toeriep. 

Stressy sabbatical

Nu zit ik dus in een redelijk stressy sabbatical, waarvan ik geniet en die op m’n zenuwen werkt.  Als altijd alleenstaande moeder heb ik een huis af te betalen, een dochter op kot in Gent en vaste kosten om u tegen te zeggen. Ik moet er geen tekeningetje bij maken. Anderzijds heb ik enorm veel fijne en leuke dingen te doen in al die vrije tijd en de zalige afwezigheid van welke druk dan ook, is balsem voor de ziel. Ik kan het iedereen aanbevelen.

Ik weet wel dat ook hier op de site werd gezegd dat het gezever over prepensioen en van die dingen maar eens moet ophouden. Natuurlijk, zeveren gaan we niet doen. Maar het gaat om eigenwaarde, jezelf opnieuw uitvinden als er in jouw plaats beslist wordt. Ik hoor vrouwelijke collega’s die nog aan het werk zijn, intelligente prachtige mediavrouwen, vol afschuw zeggen: ‘Maar ik zou niet wéten wat ik na mijn werk ga doen!’. Daar moet ik wel om lachen, want natuurlijk komt dat goed. Het gaat om het feit dat je ongemerkt wordt bepaald door je werk, door het imago dat het je geeft. Het gaat om de waardering die je van anderen krijgt om wat je professioneel goed doet. En in mijn geval moet ik nog even verder bedenken hoe ik dat ga aanpakken.

Brood op de plank

Dus heb ik hier en daar al wat gesolliciteerd, buiten de immer besparende media. Eens zien wat het doet. Ik lees dat Dimitri Verhulst vroeger ook werk zocht en er voor een gewoon jobke 700 kandidaten waren. 

Okee gasten, we geven niet op en smijten ons er gewoon tussen. Bij de eerste sollicitatie waren ze meteen enthousiast (ik had een goeie brief, joepie), maar ik was erg overgekwalificeerd en zou waarschijnlijk niet in team kunnen functioneren als ik niet de baas kon zijn. Het was een fijn gesprek, dat wel. Ik zou het toch geprobeerd hebben…

Bij de tweede lieten ze weten met andere kandidaten verder te gaan. Ach, ik kan het me voorstellen: een hele rij jonge mensen, staat er ineens een soepkip van 63 tussen de kuikens.

Eigenlijk vind ik het allemaal interessant en wil ik het best verder proberen, al is het maar in het belang van de wetenschap. Om die heerlijke reden proefden we vroeger ook alle bieren en drankjes van het café. En gelukkig zie ik er als soepkip best presentabel uit, zoals ze zeggen, en ben ik enthousiast van nature. In dat opzicht is er géén verschil met vroeger. En mijn leven, lieve Hélène, is super. Nu dat jobke nog. Misschien moet ik er een dagboek over bijhouden, dat we dan opsturen naar de minister van werk? Ik hou je alleszins op de hoogte!

Liefs voor jullie allemaal!

Liliane