“Geloof me: in een flits is het leven voorbij. Dat zouden jongeren, die menen het eeuwige leven te hebben, toch beter in hun hoofd prenten.” Aan het woord is Philippe Herreweghe, sinds 1998 dirigent  bij deFilharmonie en oprichter van Collegium Vocale Gent. Boeiende man, naast zijn muziekcarrière heeft hij ook een diploma van geneesheer en psychiater op zak. In Humo praat Wilfried Hendrickx met hem over het Lieve leven en hoe het te lijden.

Ik blijf hangen bij bovenstaand citaat dat o zo waar is, hoe cliché het ook klinkt. Ik heb het er vaak over met vriendinnen waarmee ik opgegroeide, hoe mijn Sweet 16 Party wel gisteren lijkt en hoe we toen we 20 werden dachten dat we alles wisten, op 30 wisten we het zéker en op 40 konden ze ons niets meer wijsmaken. Niet dus. “Dat we daar zo oud voor moeten worden!” klinkt het nu regelmatig. Of zoals Jean Gabin het zo mooi zingt: “Maintenant je sais, je sais qu’on ne sait jamais…”

Philippe Herreweghe (68): “Eerst nu begin ik voluit te beseffen hoe moeilijk het leven is. Hoe zwaar de knopen zijn die je onderweg moet doorhakken. Mijn vader is, in goede gezondheid, 87 geworden. Ik heb dus nog twintig jaar te gaan. Dat vind ik belachelijk kort. Fysiek voel ik me net alsof ik twintig ben. En mentaal ook, hoop ik toch (lacht). En toch weet ik,: langer dan een jaar of vijf, hooguit tien, kan ik mijn actieve loopbaan niet meer rekken. Geloof me: in een flits is het leven voorbij. Dat zouden jongeren, die menen het eeuwige leven te hebben, toch beter in hun hoofd prenten.

De complexiteit van het leven, ook. Het is een ingewikkelde puzzel waarvan de stukken aarzelend en traag, maar tegelijkertijd onherroepelijk, op hun plaats vallen. Neem het gegeven ’tijd’: ik heb verdorie geen tijd meer om alles te doen waarvan ik ooit droomde. En er is nog zoveel te doen! Soms denk ik: hadden ze mij maar vanaf het begin betere richtlijnen gegeven. Had ik dit en dat maar vooraf geweten. En tegelijk: er zijn geen richtlijnen, want iedereen is uniek. Dat maakt het net boeiend. Mensen van veertig hebben geen flauw benul van de belachelijke kortstondigheid van het leven.”

Geen tijd verliezen dus, eens je de 50 voorbij bent moet er niets meer en kan alles, vooral al die dingen waarvan je dacht dat je daar nog tijd genoeg voor had! DOEN!

Jean Gabin

Maintenant je sais

Quand j’etait gosse, haut comme trois pommes
j’parlais bien fort pour être un homme
j’disais: je sais, je sais, je sais, je sais

C’etait l’début, c’etait l’printemps
mais quand j’ai eu mes dix-huit ans
j’ai dit je sais, ça y est, cette fois je sais

Et aujourd’hui, les jours où je m’retourne
j’regarde la terre où j’ai quand même fait les cent pas
et je n’sais toujours pas comment il tourne

Vers vingt-cinq ans, j’savais tout:
l’amour, les roses, la vie, les sous tiens oui l’amour
j’en avais fait tout le tour

Et heureusement, comme les copains
j’avais pas mangé tout mon pain
Au milieu de ma vie, j’ai encore appris
C’que j’ai appris, ça tient en trois, quatre mots

Le jour où quelqu’un vous aime, il fait très beau
j’peux pas mieux dire, il fait très beau

C’est encore c’qui m’étonne dans la vie
Moi qui suis à l’automne de ma vie
On oublie tant de soirs de tristesse
mais jamais un matin de tendresse

Toute ma jeunesse, j’ai voulu dire: je sais
Seulement, plus je cherchais, et puis moins j’savais

Il y a soixante coups qui ont sonné à l’horloge
Je suis encore à ma fenêtre, je regarde, et j’m’interroge

Maintenant je sais
je sais qu’on ne sait jamais

La vie, l’amour, l’argent, les amis et les roses
on ne sait jamais le bruit ni la couleur des choses
c’est tout c’que j’sais
Mais ça, j’le sais

LUISTEREN NAAR JEAN GABIN: http://www.youtube.com/watch?v=orDR4JA91F4

helene@wifty.be