Vaak genoeg heb ik vrouwen horen verzuchten:’…soms … soms hé… soms zou ik de auto willen nemen en vertrekken. Weg. WEG! Ver weg vanalles en opnieuw beginnen…’ Wie had ook zulke gedachten?
Misschien hébben we het ook gedaan. Misschien niet zo letterlijk als de verzuchting. Maar toch IETS ondernomen. Scheiden. Een nieuwe relatie. Eigen zaak beginnen. Stoppen met werken. Therapie. Een minnaar. (Ik denk dat laatste nog de goedkoopste oplossing is haha).
En dan ploft vorige een zondagochtend een sms’je in je phone dat X zelfmoord heeft gepleegd. Hoe is het mogelijk dat zij op een zeer definitieve én onomkeerbare manier de stekker eruit heeft getrokken? Pas 60. Twee bloedmooie en intelligente kinderen. Even prachtige schoonkinderen. Ze was net oma geworden. Heavy. Intriest. De volgende dagen spookt het door je hoofd. Wat waren haar laatste gedachten? Hoe? Waarom? Waarom. ‘Soms zou ik willen weg gaan. Weg. Ver weg.’
Elke dag zeg ik luidop dat ik ‘a hell of a lucky bastard’ ben.
Als zoiets gebeurt, krijg je een ferme patat. Tevens een wake-up call. Eens te meer voel ik vlijmscherp aan hoe dankbaar ik ben dàt ik het me besef dat ik content ben. En dankbaar voor onverwachte zaken die mijn pad kruisen.
Twee weken tijd ben ik in een project gerold dat mijn hele planning onderste boven heeft gehaald. Viavia is mijn naam gevallen. Een tijdelijke opdracht die hopelijk op iets meer kan uitdraaien. Ik druk me voorzichtig uit omdat het op jobniveau in één vingerknip anders kan uitdraaien.
Dit is het prille begin. Lees: chaos. Alle mogelijke fouten die ik kan maken, mààk ik. Je ‘spreekt’ en ‘begrijpt’ de taal nog niet helemaal van de chef. Ik zit tot over mijn wenkbrauwen in het project.
Dat betekent dat ik àlles moet laten vallen hiervoor. Ook het dagelijkse bloggen staat enorm onder druk. Maar op wilskracht kan veel. Een onder het motto ‘het is wat het is’, neem ik diep adem en probeer er een ferme lap op te geven.
Ik zit in een survival modus. Er is geen plaats voor een andere verantwoordelijkheid! Nu is het helemaal me, myself and I. Zorgen dat ik de dag van vandaag en die van morgen en de volgende dag doorraak. En dat ik presteer. Ik wil geen gezeur of gezever aan mijn hoofd. Ik wil voor niemand of niets zorgen. Na! Geschokt? Egoïstisch? Yep. So?!
Vorige week en deze week leef ik op het ritme van de opdracht. Dat betekent heel vroeg opstaan en heel laat slapen. En daartussenin presteren.
Ik leef op yoghurt met muesli (ontbijt), een diep bord verse soep met Bio-toasts gekocht bij Bioplanet (ik wil een beetje gezond bezig zijn), een stuk fruit als 4-uurtje, één blik Cola zero, water, veel water en ’s avonds een bordje sla met groentjes. En een toef mayo. Vettig maakt prettig. Of zoiets. Net voor het slapengaan ga ik nog 30 à 45 minuten wandelen met de hond. Diep ademen. Stevig wandelen. Nog een beetje bloggen en dan bed in.
What about my kids?
Niets. Waarom zou ik me iets moeten aantrekken van mijn kinderen? Het zijn jong volwassenen. Ik HOEF me ook niets meer van hen aan te trekken.
Ik heb hen opgevoed tot evenwichtige jonge vrouwen. De oudste werkt in Tenerife. Zon, zee, strand, leuke baan én centjes verdienen. Haar bedrijf verlengt steeds opnieuw haar contract. Dat gebeurt omdat ze goed is. We whatsappen en kletsen op ons manier bij. En eind november is ze sowieso in het land. dan zal ik haar wel doodknuffelen.
De jongste wil het nog eens uithangen. Dat is haar voorrecht. En ik heb het recht om daar NIET op in te gaan. Integendeel. Op dit ogenblik zit ze met twee vriendinnen te relaxen in Turkije. Een all-in in een ‘zot groot hotel’. Ze heeft me een view vanaf het balkon over het zwembad naar de zee ge-whatsappt. Meer moet dat niet zijn.
En neen, ik ben geen moeder kloek die op haar kippetjes gaat zitten. Vrije uitloop, zeg maar. Letterlijk.
Ze zitten hoog en droog. En vooral vér weg. ZIJ zitten ver weg. Ik moet nu mijn koppeke én energie reserveren voor deze nieuwe en onverwachte situatie. Oktober gaat hard, pittig en hels zijn. De deadlines zijn erg krap. Maar we moeten het halen. We gaan het halen. Wat doe ik mezelf toch aan ;-)?
Maar een keer deze maand door dan komt er gelukkig meer (adem)ruimte. Dankzij extra hulp om het team versterken. Tot dan hou ik het huis én mijn hoofd zoveel mogelijk léég. I like. Maar niet té lang.
0 Comments